Het verhaal van de inmiddels 25-jarige Han is bijzonder. Hij stond als tiener te boek als groot talent en stond op 18-jarige leeftijd in de belangstelling van Manchester City en Liverpool.

De Reds probeerden hem te verleiden met een ontmoeting met Liverpool-icoon Steven Gerrard, maar de Noord-Koreaan had geen idee wie Gerrard was.

Han vertrok naar Italië, waar hij speelde voor Perugia en Cagliari en hij de eerste Noord-Koreaan werd die scoorde in een van de vijf grote Europese competities. Wat volgde was een uitleenbeurt aan Juventus. Daar zag men wel brood in de diensten van Han en het betaalde zo'n 3,5 miljoen euro om hem definitief vast te leggen. 

Hij kreeg het label ‘de Noord-Koreaanse Cristiano Ronaldo’ opgeplakt, maar samenspelen met de Portugese superster deed hij nooit. Juventus verkocht hem nog geen week later voor ruim het dubbele aan het Qatarese Al-Duhail. 

Gedeporteerd

Wegens sancties van de VN tegen werknemers uit Noord-Korea, werd Han Qatar uitgezet en in eerste instantie op een vliegtuig terug naar Rome gezet. 

Door de covidpandemie kon hij niet terug naar thuisland en het vermoeden is dat hij tijdenlang op een onbekende Noord-Koreaanse ambassade heeft doorgebracht.

Comeback

In november vorig jaar stond hij uit het niets op het wedstrijdformulier van het nationale elftal van Noord-Korea, nadat hij ruim drie jaar geen wedstrijd had gespeeld.

Een helft tegen Syrië leverde hem nog geen succes op, maar tegen Myanmar scoorde hij en was hij aangever tijdens een 6-1 overwinning in de WK-kwalificatie. Afgelopen zaterdag tegen Japan (1-0 verlies) was Han er opnieuw bij en maakte hij 90 minuten.

Nu speelt Han dus ook weer op clubniveau, voor April, de recordkampioen van het Aziatische land. 

Maar wat er nou precies is gebeurd in de drie jaar dat hij spoorloos was en of we hem ooit weer op de Europese velden mogen bewonderen is maar zeer de vraag.