Barcelona had de heenwedstrijd in Parijs met 3-2 gewonnen en kwam in de return al vroeg op voorsprong door een doelpunt van Raphinha. Niet veel later kreeg verdediger Ronald Araujo een rode kaart en greep PSG de controle in de wedstrijd waarna het terugkwam.

“Zeer frustrerend. Zeer teleurstellend. Ik had het gevoel dat we de wedstrijd volledig controleerden. We komen op voorsprong en dan na 10, 15 minuten hebben we onszelf kapotgemaakt,” zei Gundogan tegenover TNT Sports.

“Ja, die rode kaart verandert de wedstrijd. Dit is de Champions League. Het maakt niet uit tegen wie je speelt, in een dusdanig affiche, zo’n belangrijke wedstrijd, zo vroeg een man minder hebben… het is niet mogelijk, dan lig je eruit, helaas.”

Na de nederlaag gaf trainer Xavi Hernandez de schuld aan scheidsrechter Istvan Kovacs. Volgens Xavi kostte de arbiter zijn team een plek in de halve finale. Kovacs gaf rood aan Araujo en Xavi, terwijl vijf Barça-spelers een gele prent kregen.

Gundogan was het wel eens met zijn trainer en zei dat hij een penalty had moeten krijgen na een tackle van Vitinha in het Parijse strafschopgebied. 

“Tijdens de rust had de scheidsrechter geen vervelende houding. Ik heb geen herhalingen van belangrijke momenten gezien, maar het voelde alsof hij makkelijk gele kaarten trok voor ons,” aldus de Duitser.

“In de tweede helft had ik een penalty moeten krijgen. Hij schopt overduidelijk mijn been weg - als hij dat niet doet, kan ik gewoon doorlopen. Als hij me niet schopt, val ik niet. Voor mij is dat een penalty.”

“Dat is wat ik hem verteld heb, ga tenminste even kijken en ik kreeg geel. Ik weet niet hoe het er op tv uitzag - misschien heb ik het verkeerd.”